De 5000 jaar oude stad Caral ligt op een plateau in de woestijn op een 200 kilometer van Lima. Deze stad bloeide al op het moment dat in Egypte de piramides gebouwd werden en dateert van 2600 v.Chr. Hoewel de site dus bijna 5000 jaar oud is, werd ze pas in 1905 ontdekt. Sinds 2009 is het UNESCO Werelderfgoed. Misschien ligt het begin van onze beschaving wel in Peru.
Op de site zijn 6 piramides teruggevonden, gerangschikt rond een groot (waarschijnlijk ceremonieel) plein. Bij 2 piramides zie je een cirkelvormige binnenplaats waar vermoedelijk dansen en rituelen werden opgevoerd. Fluitjes en hoorns werden hier teruggevonden. De piramides werden in verschillende fases gebouwd. Bij een nieuw bewind werd er telkens een nog grotere piramide bovenop de vorige gebouwd. Bij elke nieuwe fase werd een muur rond het bestaande platform geplaatst en de holtes werden gevuld met stenen en puin. De stenen waren verpakt in netten waardoor de constructie aardbevingen kon doorstaan. In het lager gelegen gedeelte werden restanten van woningen gevonden. Beide gedeelten worden gescheiden door een grote geul die waarschijnlijk gevormd werd door hevige regens.
De mensen leefden van landbouw en ruilhandel. Dankzij een irrigatiesysteem konden ze katoen, bonen, guave en pompoen telen in de Supe-vallei. Kostbare zaken als zilver en goud werden hier niet gevonden, zelfs geen keramiek. Deze cultuur stamt dus uit het pre-keramische tijdperk. Men vond wel een aantal koorden met knopen, quipus genaamd, dat als een telraam functioneerde. Later hebben de Inca's het geperfectioneerd om de boekhouding en administratie van het Inca-rijk te doen.
In de vallei zijn nog een aantal andere, kleinere sites gevonden, die men nog volop aan het onderzoeken is. Maar alles duidt er op dat het hier om een bloeiende en verstedelijkte samenleving gaat. In Caral werden geen verdedigings-
muren, wapens of menselijke offers gevonden. Archeologen gaan er dan ook vanuit dat het hier om een vreedzame samenleving gaat.
Hoe geraak je er?
Vanuit Centro Lima neem je de Metropolitano lijn A tot Tomás Valle. Als je de straat oversteekt, ben je in het busstation Plaza Norte. Neem de bus tot Supe (15 soles). Vandaaruit neem je een colectivo naar Caral (7 soles) tot aan de burg (el puente de Caral). Daarna moet je nog een kilometer te voet verder. Reken in totaal op zo'n 4 uur. Neem ook zeker zonne-crème mee, want hier brandt de zon.
Inkom: 11 soles (studenten/leerkrachten: 4 soles) + gids: 20 soles per groep
De mensen leefden van landbouw en ruilhandel. Dankzij een irrigatiesysteem konden ze katoen, bonen, guave en pompoen telen in de Supe-vallei. Kostbare zaken als zilver en goud werden hier niet gevonden, zelfs geen keramiek. Deze cultuur stamt dus uit het pre-keramische tijdperk. Men vond wel een aantal koorden met knopen, quipus genaamd, dat als een telraam functioneerde. Later hebben de Inca's het geperfectioneerd om de boekhouding en administratie van het Inca-rijk te doen.
In de vallei zijn nog een aantal andere, kleinere sites gevonden, die men nog volop aan het onderzoeken is. Maar alles duidt er op dat het hier om een bloeiende en verstedelijkte samenleving gaat. In Caral werden geen verdedigings-
muren, wapens of menselijke offers gevonden. Archeologen gaan er dan ook vanuit dat het hier om een vreedzame samenleving gaat.
Hoe geraak je er?
Vanuit Centro Lima neem je de Metropolitano lijn A tot Tomás Valle. Als je de straat oversteekt, ben je in het busstation Plaza Norte. Neem de bus tot Supe (15 soles). Vandaaruit neem je een colectivo naar Caral (7 soles) tot aan de burg (el puente de Caral). Daarna moet je nog een kilometer te voet verder. Reken in totaal op zo'n 4 uur. Neem ook zeker zonne-crème mee, want hier brandt de zon.
Inkom: 11 soles (studenten/leerkrachten: 4 soles) + gids: 20 soles per groep