Het mysterieuze regenwoud met zijn woudreuzen, dichte vegetatie, medicinale planten en kronkelende waterwegen is en blijft enorm fascinerend. Het Amazonewoud strekt zich uit over maar liefst 9 landen, waaronder ook het groene Suriname. Het is lang niet overal even toegankelijk, maar een paar dagen Boven-Suriname en slapen in lodges langs de Suriname rivier zijn heel gemakkelijk zelf te organiseren. Het is een unieke ervaring, want nergens anders kan je de Marroncultuur leren kennen. Het lijkt wel een stukje Afrika, maar dan aan de andere kant van de wereld. Absoluut een aanrader als je Suriname bezoekt!
De regio Boven-Suriname ligt in centraal Suriname aan de bovenloop van de Suriname rivier, vandaar de naam dus. In deze groene regio, het noordelijk deel van het Amazonebekken, wonen ongeveer 15.000 mensen, in kleine dorpjes langs de rivier. Geen indianen hoor, maar Marrons, afstammelingen van de slaven die het harde plantageleven ontvluchtten en in het regenwoud hun eigen dorpen stichtten met Afrikaanse, inheemse en Europese elementen. Ook hun taal is een mengeling van Afrikaans, Nederlands, Engels, Portugees en inheemse woorden. Met slechts enkele woorden zal je veel meer sympathie opwekken: ja (aai), nee (nono), goeiedag (un de nö (undeno)), antwoord (un de öö (undeooo)) en dankjewel (paantangü fi).
Je kan de bus nemen tot Atjoni en je daar bevoorraden bij een van de Chinese supermarkten, maar dan moet je met bootjes (korjaal) over de Suriname rivier verder. Doordat er geen wegen en steden in Boven-Suriname zijn, is het gebied redelijk geïsoleerd. Voor goede scholen of een goed betaalde job moet je naar Paramaribo. Niet iedereen spreekt hier even goed Nederlands of ze spreken het gewoon niet graag. En dus betekent isolement voor de plaatselijke bevolking achterstand. Maar net die afgelegenheid, de natuur, de Marroncultuur en de kleinschalige lodges in verschillende prijsklasses trekken veel toeristen aan.
Maar voor hoe lang nog? De regering heeft plannen om de weg tot Atjoni verder te trekken langs de Suriname rivier tot Djumu. Niet om de plaatselijke bevolking te helpen, maar opdat de Chinezen meer winkels kunnen openen en de Javanen en Hindoestanen meer aan landbouw kunnen doen. Wacht dus niet te lang om deze boeiende en groene regio te bezoeken.
Je kan de bus nemen tot Atjoni en je daar bevoorraden bij een van de Chinese supermarkten, maar dan moet je met bootjes (korjaal) over de Suriname rivier verder. Doordat er geen wegen en steden in Boven-Suriname zijn, is het gebied redelijk geïsoleerd. Voor goede scholen of een goed betaalde job moet je naar Paramaribo. Niet iedereen spreekt hier even goed Nederlands of ze spreken het gewoon niet graag. En dus betekent isolement voor de plaatselijke bevolking achterstand. Maar net die afgelegenheid, de natuur, de Marroncultuur en de kleinschalige lodges in verschillende prijsklasses trekken veel toeristen aan.
Maar voor hoe lang nog? De regering heeft plannen om de weg tot Atjoni verder te trekken langs de Suriname rivier tot Djumu. Niet om de plaatselijke bevolking te helpen, maar opdat de Chinezen meer winkels kunnen openen en de Javanen en Hindoestanen meer aan landbouw kunnen doen. Wacht dus niet te lang om deze boeiende en groene regio te bezoeken.
Logeren langs de Suriname rivier
Langs de Suriname rivier kan je logeren in lodges, van enorm luxueus tot heel eenvoudig. Maar wie heeft nu al die luxe in het midden van het oerwoud nodig? Nu ieder zijn ding he. Wij wilden naar Apiapaati, een basic lodge, op ongeveer 3 à 4 uur varen van Atjoni. Paati betekent eiland, dus de lodge ligt in het midden van de Suriname rivier, langs sula's (stroomversnellingen) waar je leuk kan baden. En de lodge is in traditionele Saramaccaanse stijl gebouwd. Papada en zijn familie spreken niet zo goed Nederlands, maar ze zijn vriendelijk en helemaal niet opdringerig. Papada was toevallig in Atjoni en dus konden we met hem meevaren. Traag vaarden we langs een groen landschap met hier en daar dorpjes waar vrouwen in kleurige omslagdoeken de was deden, kinderen speelden, zwommen en jongens 'hengelden' naar vis. Wat een prachtige beelden! Papada looste ons moeiteloos langs de vele rotsblokken en sula's. We verbleven drie nachten op Apiapaati en sliepen in onze hangmatten. Hier in de amazone zitten veel jaguars, maar dan moet je wel héél veel geluk hebben. We zagen en hoorden wel veel vogels: ijsvogels, toekans, vorkstaartwouwen, caracara en de piha of de 'bospolitie' met zijn luide alarmkreet.
Daarna gingen we nog twee nachten naar Tei Wei, terug dichter bij Atjoni. De lodge ligt op een heuvel en dus heb je een prachtig uitzicht over de rivier. De pinahut was niet bruikbaar, dus kregen we een huisje met twee bedden en hingen we onze hangmat gewoon op het terras op. Over pospaden kan je hier naar de naburige dorpjes Gunsi, Laduani en Nieuw-Aurora wandelen. Er is ook een junglepad (2.5 uur wandelen) aangelegd, in samenwerking met het WWF. Het zou zogezegd goed aangegeven staan, maar het is bijna niet op eigen houtje te doen, omdat er te veel zijweggetjes zijn en het pad niet echt meer onderhouden wordt. Toen we terugkwamen, kregen we te horen dat je de wandeling niet meer zonder gids mag doen. 's Avonds werden we uitgenodigd in het dorpje om iemands verjaardag te vieren. Door de aanhoudende regen duurde het feestje niet lang, maar gelukkig was er voetbal: Brazilië-Paraguay. Toen Brazilië verloor, was de plaatselijke jeugd teleurgesteld. Als Brazilië niet meer meedoet aan de Panamerikaanse Spelen, zendt TV Globo geen wedstrijden meer uit en dat is nu net de enige zender die ze hier ontvangen. :)
Cassavebrood bakken
Cassavebrood, gemaakt van de harde cassavewortel, wordt vooral voor speciale gelegenheden gemaakt. Het is dan ook een tijdrovende bezigheid. Maar ik vind cassave geweldig lekker - en alles wat ermee gemaakt wordt - en wou ook wel eens zien en beleven hoe je nu dat lekkere brood maakt. Achteraf gezien: chapeau voor de vrouwen, maar dit echt té arbeidsintensief voor thuis!
We regelden de uitstap via Papada en mochten in zijn dorp cassavebrood leren bakken. Het is ook de ideale gelegenheid om nu zo'n Marrondorp van dichtbij te zien en iets te weten te komen erover. Maar vraag heel duidelijk wat en wie je mag fotograferen, want de Marrons geloven dat hun ziel wordt weggenomen als je een foto maakt! De toegangspoort tot het dorp is gemaakt van palmbladeren om kwade invloeden buiten te houden. Er stond een enorme kankantriboom (die tot 60 m hoog kan worden) met magische krachten. In het dorp stonden veel houten huisjes met houtsnijwerk en rieten daken, maar er zijn ook steeds meer moderne huizen uit baksteen. De modernisering zeker? Vaak staan de huizen van een familie samen. Overdag is het dorp zo goed als uitgestorven, de kinderen zijn naar school, de vrouwen werken op hun kostgrondje waar ze groenten verbouwen en de mannen zijn vaak voor maanden naar Paramaribo of Frans-Guyana om geld te verdienen of op jacht.
We regelden de uitstap via Papada en mochten in zijn dorp cassavebrood leren bakken. Het is ook de ideale gelegenheid om nu zo'n Marrondorp van dichtbij te zien en iets te weten te komen erover. Maar vraag heel duidelijk wat en wie je mag fotograferen, want de Marrons geloven dat hun ziel wordt weggenomen als je een foto maakt! De toegangspoort tot het dorp is gemaakt van palmbladeren om kwade invloeden buiten te houden. Er stond een enorme kankantriboom (die tot 60 m hoog kan worden) met magische krachten. In het dorp stonden veel houten huisjes met houtsnijwerk en rieten daken, maar er zijn ook steeds meer moderne huizen uit baksteen. De modernisering zeker? Vaak staan de huizen van een familie samen. Overdag is het dorp zo goed als uitgestorven, de kinderen zijn naar school, de vrouwen werken op hun kostgrondje waar ze groenten verbouwen en de mannen zijn vaak voor maanden naar Paramaribo of Frans-Guyana om geld te verdienen of op jacht.
's Morgens vroeg vertrokken we eerst naar een kostgrondje, net buiten het dorp om de cassave uit te doen. Het waren echte struiken - ik had nog nooit zo'n grote cassaves gezien! - en onmiddellijk werd een nieuwe struik geplant. Toen we 4 grote manden vol hadden - ik vermoed dat ze cassavebrood voor het hele dorp gingen maken -, begon het echte werk: schillen. We liepen terug, de vrouwen droegen de enorme schotels vol cassave alsof het niets was. Ik probeerde ze na te doen, maar dan met 1/4 van het gewicht. In het dorp werd de cassave goed gewassen en dan geraspt. Ik probeerde zoveel mogelijk te raspen, maar op een gegeven moment wilden mijn vingers gewoon niet meer. Het raspsel werd in een soort lange zak gedaan en dan uitgeknepen want het sap is giftig. En toen zat de dag er al op.
De volgende ochtend hadden de vrouwen het uitgeknepen raspsel gekookt. Het moest nog gezeefd worden en dan kon eindelijk het vuur aangestoken worden. Er werd een ronde bakplaat bovengehaald waar het meel op gedaan werd, mooi gladgestreken. 10 minuten later was het eerste cassavebrood klaar. Bij het bakken mochten we niet meer helpen, alleen maar toekijken. Waarschijnlijk waren ze bang dat we alsnog iets fout zouden doen. :) Tegen de middag waren een aantal broden klaar. Die werden in de zon gelegd om te drogen zodat ze langer houdbaar zijn. Maar natuurlijk mochten we de broden ook proeven, met choco en pindakaas. Heerlijk! Natuurlijk probeerden ze ook nog zelfgemaakte muziekinstrumenten en mooie bewerkte kalebassen te verkopen, maar onze rugzakken zaten na bijna een jaar reizen al veel te vol.
Praktisch:
- Brochure van LBS Association of Upper-Suriname Lodgeholders (2013): met nuttige info over alle lodges in Boven-Suriname, wordt niet meer verkocht. Je kan wel nog de website upper-suriname.com raadplegen en hier de brochure inkijken. Een korte samenvatting vind je op deze site.
- In het laagseizoen kan je gewoon opdagen, in het hoogseizoen moet je boeken.
- In Paramaribo vertrekken in de Saramaccastraat (schuin tegenover de Jeruzalembazaar) tussen 8.00 en 8.30 uur busjes (70 SRD) en jumbo's (oude vrachtwagens met zetels van de gelijknamige vliegtuigen, 20 SRD) richting Atjoni. Het is een unieke ervaring, want de mensen nemen echt alles mee op de bus. Vanaf Atjoni zal je verder reizen met bootjes naar Boven-Suriname. Er zijn geel-groene lijnboten, de bestemming staat op de boot geschilderd (50-100 SRD) en staatsboten die nog goedkoper zijn. Informeer je goed!
- Apiapaati: Ideaal voor backpackers (weinig luxe). Je kan slapen in een bed of in je eigen hangmat. Papada: 08151756. Zijn zoon spreekt wel Nederlands: 08948661 of fredecotours.com. 75 SRD/persoon, inclusief drie maaltijden. Cassavebrood bakken: 50 SRD/2 personen.
- Tei Wei: op een goed uur van Atjoni. Hutje met terras dat uitkijkt op de rivier, inclusief 2 maaltijden: 85 SRD/persoon (vanaf 1/7/2015 zouden de prijzen omhoog gaan). Gids voor het junglepad: 50 SRD/pers. Kwami: 8561452